Tijd

Boompje groot, plantertje dood.
Het duurt ongeveer 130 jaar voordat een aangeplant loofbos tot volle wasdom is gekomen. De eerste jaren is zo'n aanplant vogelrijk, eerst met pionier-soorten als Boompieper, en in de struikfase met hoge dichtheden van loofzangers. Na de struikfase gaat zo'n aanplant over in de stakenfase: opgaand jong bos met weinig variatie en weinig soorten. Het kan 40-60 jaar duren voordat staken zijn gegroeid tot stammen en het bos geschikt is geworden voor stam-foerageerders (Grote Bonte Specht, Boomkruiper). Na 80-100 jaar wordt zo'n bos rijker aan holen en neemt de dichtheid holenbroeders fors toe, dan verschijnen ook Bosuil, Holenduif en Kauw.
Als een deel van de aangeplante bomen na 100-120 jaar van ouderdom afsterft, ontstaan grote gaten in de kroonlaag: open plekken waar verjonging opslaat. Dan is opeens de Boompieper ook weer terug. En het aandeel dood hout is dan voldoende voor specialisten als Kleine Bonte Specht en Middelste Bonte Specht, soortenrijker kan een bos niet worden.

Deze normale natuurlijke successie wordt in de duinstreek gehinderd door de wind, alleen aan de binnenduinrand, op ongeveer 4 kilometer van de kust kan een bos normaal uitgroeien. In het middenduin zijn in diepe valleien de omstandigheden nog wel geschikt voor (natte) berkenbosjes, maar dergelijke bosjes zijn altijd klein en maar tijdelijk in verband met wandelende duinen.
De aangeplante naaldbossen zijn eigenlijk kansloos: op de toppen vangen ze te veel wind en met natte voeten krijgen ze last van Zwavelzwam, ze zullen nooit tot een normaal volwassen bos uitgroeien.

De omstandigheden voor bosvogels worden in het middenduin enorm opgekrikt door de aanwezigheid van Abelen. Deze snel groeiende soort heeft zacht hout en is zeer geschikt voor de nestholten van Groene en Grote Bonte Specht. De aanwezigheid van zo'n spechtenflat kan een matig bosje geschikt maken voor allerlei holenbroeders, bijv. Gekraagde Roodstaart, Boomklever of Spreeuw.
De witte abeel is de bakermat van de holenbroeders in de duinstreek.

De reeks karteringen laat een duidelijk groei zien van het aantal bosvogels en van vogels van oud bos. Enkele voorbeelden:

  • Appelvink: van 0 naar 43-47
  • Boomklever: van 0 naar 33
  • Grote Bonte Specht: van 35 naar 277
  • Kleine Bonte Specht: van 4 naar 14

De groei was nog groter geweest als de Iepziekte niet had toegeslagen.
Eind jaren negentig bleek een groot aantal Iepen getroffen en om verdere verspreiding tegen te gaan moesten helaas zelfs de grootste Iepen wijken. Dit speelde vooral aan de binnenduinrand, plaatselijk waren Iepen de dominante boomsoort en boden leefruimte aan veel spechten en holenbroeders. Plaatselijk is dat hoog opgaande oude bos verdwenen, en daarmee ook enkele Kauwen-kolonies en vele Spreeuwen en Holenduiven. De teloorgang van de grootse Iepen heeft wel een groen rouwrandje gekregen: de stammen zijn duurzaam in hergebruik, als bankje ergens in het duin.

Voor de toekomst zijn de bosvogels in grote mate afhankelijk van de abelen.
Het valt te verwachten dat de Middelste Bonte Specht binnenkort opduikt in de duinstreek, het valt te verwachten dat de eerste nestholte in een abeel gemaakt wordt.
Dit optimisme stamt van voor de zomerstorm van 2015. Deze storm heeft veel abelen geveld, het zal niet zo snel gaan met de bosvogels in het duin.
In de verre toekomst zou Syrische Bonte Specht kunnen opduiken, die volgt het pad van de Turkse Tortel en heeft inmiddels het grootste deel van de Balkan veroverd. Die is weinig kritisch ten aanzien van bos-kwaliteit en zal eerder met de duinbossen genoegen nemen dan de Middelste Bonte, die meer gespecialiseerd is op vermolmd dood hout.

Wind | Jacht | Rijpen van bossen | Vergrassing & Verruiging | Depositie dioxines | Verdroging & Vernatting
Predatie | Toerisme | Konijn | Begrazing | Natuurherstel | Overwinteringsomstandigheden | Klimaatverandering

1950-1980 | 1980-1990 | 1990-2000 | 2000-2010


Het Noordhollands Duinreservaat
Het Noordhollands Duinreservaat is een van de grootste natuurgebieden in ons land. Het gebied strekt zich uit van de terreinen van Tata Steel bij Wijk aan Zee tot de Schoorlse Duinen. Het gebied omvat duinen, strand, binnenduinrandbossen... Lees verder


Professioneel onderzoek
De vogels zijn geteld door een team van beroepsvogelaars volgens de "territoriumkartering". De 1001 toppen en valleien zijn tenminste vijf maal bezocht... Lees verder


Meer dan 100 soorten
In de reeks van onderzoeken zijn totaal 135 soorten met de status "broedvogel" vastgesteld. Jaarlijks broeden ongeveer 110 soorten in het NHD... Lees verder


Belangrijk(st)e biotopen
Welke biotopen zijn van belang en welke zijn het belangrijkst? Van plassen, moeras, pioniervegetaties, open duin, struweel, jong bos, bosranden, naaldbos, oud loofbos... Lees verder


Interactieve dichtheidskaarten
Voor deze website zijn interactieve kaarten in Google Maps ontwikkeld, waarbij de bezoeker zelf de legenda kan wijzigen, zodat hotspots en coldspots in de verspreiding... Lees verder


Vergelijk met het NPZK
Zuidelijk van het NHD ligt het Nationaal Park Zuid Kennemerland (NPZK). Dit gebied omvat de brede duinstrook van Bloemendaal tot Velsen. Lees verder

20-11-2015
eco-on-site