Klimaatverandering

Nederland wordt warmer èn natter

De verspreiding van soorten wordt op grote schaal bezien, bepaald door isothermen. Als de lijn die de gemiddelde minimum-temperatuur in juni weergeeft iets naar het noorden opschuift, kan dit betekenen dat bepaalde insecteneieren warm genoeg blijven en er larven uitsluipen, of misschien is het net warm genoeg voor een schimmel en gaan de eieren verloren. Ook de vruchtzetting van plantensoorten en de kieming van zaden worden door minimum en maximum temperatuur aangestuurd. Hierdoor kunnen planten en van hun afhankelijke insecten verdwijnen of verschijnen.
Op subtiele wijze ontstaan door global warming veranderingen in het voedselaanbod van broedvogels, veranderingen die de komst van nieuwe soorten mogelijk maken of het voor andere soorten moeilijk maken.

Opkomst zuidelijke soorten
Van soorten waarvoor Nederland aan de noordgrens van hun areaal ligt, zou een toename verwacht kunnen worden. Hierbij valt te denken aan (en te dromen van):
  • Baardgrasmus
  • Bijeneter
  • Brilgrasmus
  • Cetti's Zanger
  • Graszanger
  • Grote Zilverreiger
  • Hop
  • IJsvogel
  • Kleine Zilverreiger
  • Koereiger
  • Roodborsttapuit
  • Nachtegaal
  • Orpheusspotvogel
  • Provençaalse Grasmus
  • Vuurgoudhaantje

Van deze soorten heeft Bijeneter recent de eerste broedpoging gedaan in het NPZK (in 2015) en de eerste Orpheusspotvogel van Kennemerland werd in 2012 vastgesteld (in het NHD). Graszanger zou wel eens de eerst volgende nieuwe soort kunnen zijn, die broeden al langs de Zeeuwse kust. Maar misschien komt Cetti's Zanger toch eerder, die is al aardig talrijk in de Biesbos. Ook een vestiging van Kleine of Grote Zilverreiger tussen de Aalscholvers lijkt niet onmogelijk.
Als Cetti's Zanger komt, zou dit gevolgen kunnen hebben voor Nachtegaal, want die soorten bezetten vergelijkbaar habitat, maar komen niet naast elkaar voor. Tot nu geeft Cetti's de voorkeur aan natte biotopen. De meeste duin-Nachtegalen broeden in droge struwelen, maar de natte plekken zullen ze misschien moeten afstaan aan de tetteraars.
De kans is niet groot op vestiging van Provençaalse Grasmus omdat deze geen dispersiedrang heeft, het zijn standvogels. Het struweel van de duinen is waarschijnlijk wel geschikt voor deze soort, eventuele vestiging van deze standvogel zou grote gevolgen kunnen hebben voor andere struweel bewoners.
Baardgrasmus heeft lang geleden al eens pogingen ondernomen (NHD, noordelijk van de Woudweg), maar deze soort is voorlopig nog ver weg. Mogelijk gaat deze soort de Tuinfluiters verdring.
Onder de zuidelijke kandidaten is ook nog een kustvogel, de Brilgrasmus. Deze soort is ook nog ver weg, maar de lage duinstruwelen lijken wel geschikt. Vermoedelijk zal het met deze soorten toch niet snel gaan want midden- en noord-Frankrijk hebben ongeschikte rotskusten, daardoor kunnen ze niet geleidelijk opschuiven naar het noorden.

Ondergang noordelijke soorten
Van soorten waarvoor Nederland aan de zuidgrens van hun areaal ligt, zou een afname verwacht kunnen worden. Enkele noordelijke soorten zijn:
  • Wintertaling
  • Barmsijs
  • Kemphaan
  • Kramsvogel
  • Korhoen
  • Patrijs
  • Ortolaan
  • Pijlstaarteend
  • Paapje
  • Spotvogel
  • Tapuit
  • Watersnip

Van deze noordelijke soorten heeft Kramsvogel een populatie nabij Zuid-Limburg. De soort heeft zich daar teruggetrokken in de Ardennen, de hoogte in.
Alle bovengenoemde soorten zijn uitgestorven of bezig uit te sterven in Nederland. Met uitzondering van Barmsijs en Korhoen zijn dit soorten van agrarisch gebied, en de oorzaak van hun teloorgang zal niet alleen aan het uitblijven van Elfstedenwinters liggen. Toch is opvallend dat na de laatste strenge winters van 1985-1987, deze soorten de grootste klap hebben gekregen.

Wind | Jacht | Rijpen van bossen | Vergrassing & Verruiging | Depositie dioxines | Verdroging & Vernatting
Predatie | Toerisme | Konijn | Begrazing | Natuurherstel | Overwinteringsomstandigheden | Klimaatverandering

1950-1980 | 1980-1990 | 1990-2000 | 2000-2010


Het Noordhollands Duinreservaat
Het Noordhollands Duinreservaat is een van de grootste natuurgebieden in ons land. Het gebied strekt zich uit van de terreinen van Tata Steel bij Wijk aan Zee tot de Schoorlse Duinen. Het gebied omvat duinen, strand, binnenduinrandbossen... Lees verder


Professioneel onderzoek
De vogels zijn geteld door een team van beroepsvogelaars volgens de "territoriumkartering". De 1001 toppen en valleien zijn tenminste vijf maal bezocht... Lees verder


Meer dan 100 soorten
In de reeks van onderzoeken zijn totaal 135 soorten met de status "broedvogel" vastgesteld. Jaarlijks broeden ongeveer 110 soorten in het NHD... Lees verder


Belangrijk(st)e biotopen
Welke biotopen zijn van belang en welke zijn het belangrijkst? Van plassen, moeras, pioniervegetaties, open duin, struweel, jong bos, bosranden, naaldbos, oud loofbos... Lees verder


Interactieve dichtheidskaarten
Voor deze website zijn interactieve kaarten in Google Maps ontwikkeld, waarbij de bezoeker zelf de legenda kan wijzigen, zodat hotspots en coldspots in de verspreiding... Lees verder


Vergelijk met het NPZK
Zuidelijk van het NHD ligt het Nationaal Park Zuid Kennemerland (NPZK). Dit gebied omvat de brede duinstrook van Bloemendaal tot Velsen. Lees verder

20-11-2015
eco-on-site