<-Waterral Waterhoen Gallinula chloropus Meerkoet->

2016-2017

2010-2011

2003-2004

1996-1999
n=10 n=6 n=24 n=13
Dichtheid
kleur: radius:  
De dichtheidskaart is instelbaar (meer info).

Territoria   
   2016-17:    2010-11:    2003-04:       1996-99:   

Toelichting

Onder de kaarten staan aantal (n), aantal per 100 hectare(n/100ha) en oppervlakte (ha).

Deze soort in het Noordhollands Duinreservaat:


n:
?
n/100ha:
?
ha:
?
n:
?
n/100ha:
?
ha:
?
n:
?
n/100ha:
?
ha:
?
n:
?
n/100ha:
?
ha:
?
Nederlandse trend: SOVON BMP-index Opmerkingen

Waterhoen Gallinula chloropus is ingedeeld bij de schaarse soorten.
Vroeger waren Waterhoentjes algemeen en plaatselijk zeer talrijk, langs de Hoepbeek bij de ijsbaan van Castricum broedden ze op rij. Dat was in de jaren tachtig, daarna zakte de populatie in, ook landelijk. Het lijkt of de afname in 1993 plots heeft ingezet, maar hierbij moet opgemerkt dat 1993 een extreem droog jaar was, waarin de meeste plasjes waren drooggevallen.
Met de opkomst van Meerkoet werd het Waterhoentje verdrongen naar de kleinste watertjes, en met de opkomst van Vos heeft elke grondbroeder veren en meer moeten laten. Dat geldt natuurlijk ook voor de Meerkoet, maar die kan de veiligste nestplekken inpikken, en het Waterhoentje heeft daardoor waarschijnlijk meer last van predatie door Vossen.
Na het dieptepunt in 1993 was er sprake van herstel in 2000. Dit herstel zette echter niet door in 2007, er is een nieuwe tegenvaller: begrazing. De o zo belangrijke nestplaats is nu nog verder in het gedrang gekomen, de beschutting wordt eenvoudig weggevreten.
Het vee moet dagelijks drinken, en overbegrazing van oevervegetaties is helaas niet te voorkomen.
Alleen met lelijke rasters. Maar een duinmeer met een lelijk raster zou wel mooiere natuur als gevolg hebben, met meer Waterhoentjes en natuurlijk ook meer andere water- en moerasvogels.
In het NPZK heeft de afname aangehouden, nog maar zes in 2011. In het NHD hebben de Waterhoentjes anno 2014 eindelijk eens een meevaller: de vernatting in Wimmenum. In de Wimmenummerduinen is de hoeveelheid geschikt habitat enorm gegroeid, er zijn heel veel nieuwe plasjes en en plasdras valleien ontstaan. En omdat er een overvloed aan drinkplaatsen is, trekken niet alle plasjes een overdosis grazers aan.
Dus er is een alternatief voor rasters: heel veel plasjes.

↑ 16/12/2015 ↑

↓ 5/3/2018 ↓

Waterhoentjes zijn gevoelig voor strenge winters, dit blijkt duidelijk uit de BMP-index: een groot dal na de elfsteden winters van eind jaren tachtig, opnieuw in dal na de strenge winters 1995 en 1996 en dan na een decennium kabbelen blijken de winters van 2008 t/m 2013 ook een hap uit de stand te hebben genomen.
Bij het lage aantal in 2011 (toen nog maar zes) zullen de voorafgaande strenge winters zeker een rol hebben gespeeld. In middels is de BMP-index weer opgeveerd. In het NPZK bleek het aantal bij de laatste kartering ook iets gestegen, maar met het vastgestelde tiental kunnen we beslist niet spreken van herstel. Waarschijnlijk is de begrazingsdruk rond de plassen te hoog en daardoor is er geen ruimte meer voor de tientallen broedparen van vroeger. Hopelijk zullen door de vernatting er uiteindelijk veel kleine plasjes bij komen en dan krijgen de oevervegetaties waarschijnlijk wel een kans.

Zie ook Watervogels
Zie ook Moerasvogels

Links Waterhoen © Bart Veenstra

  • Naar de website van SOVON: info over verspreiding en trend in Nederland

  • Naar de website van Vogelbescherming: achtergrondinfo bij deze soort

  • Naar website van BTO: info over de engelse trend

  • Naar website van EBCC: info over de europese trend

03-22-2018
eco-on-site
<- ->