|
Waterral
Rallus aquaticus
staat op de lijst van "Aandachtsoorten".
Onze folklore zou enkele spannende verhalen missen als er geen Waterral zou zijn.
Deze kleine vogel kan een keel opzetten als een groot speenvarken en doet dat vooral in het donker.
Dat geheimzinnige geluid vroeg om een verklaring, meestal een stichtelijk verhaal over een gestolen varken en een daarom verdoemde dolende geest, achtervolgd door ridders op paarden,
want bij een Waterral is meestal ook een plasje met een paartje Dodaars, die als paartje hinnikend duetteren.
Waterrallen zijn nog bijna net zo geheimzinnig als vroeger.
De soort leeft tussen het riet of andere dichte moerasvegetaties en laat zich vrijwel nooit zien.
Voor het lopen door riet hebben ze aangepaste veren die vanuit de borst over de vleugelboeg liggen,
die veren voorkomen dat de vleugels achter stengels blijven steken: het zijn echte "rietraggers".
In de winter trekken onze broedvogels naar zuid Europa en krijgen wij overwinteraars uit het noorden.
Vanaf eind maart begint de terugtrek en half april zijn de broedgebieden meestal al verdeeld en de paartjes gevormd.
Dit betekend dat de soort maar kort vocaal actief is, als de paartjes gevormd zijn en de eieren gelegd, dan valt het volkomen stil.
Alleen in gebieden met een hoge dichtheid, met veel aan elkaar grenzende territoria, wordt later in het seizoen nog wel eens geroepen, maar nooit allen gelijktijdig.
Een goede Waterrallen-kartering vraagt daarom om een plan van aanpak met speciale middelen.
Alle geschikte habitats, zoals sloten met veel riet of lisdodde, rietzomen langs meren en plassen en natte valleien met dichte moerasvegetaties,
moeten tussen 15 en 20 april in de voornacht of nanacht worden bezocht, liefst tijdens windstil weer.
Omstreeks een uur voor zonsopkomst (en een uur na zonsondergang) zullen lokale broedparen en nog ongepaarde mannen reageren op het afspelen van de baltsroep van de soort.
Tapen is bij deze soort een must. Ja, de vogels roepen soms ook wel spontaan, maar nee, vaststellen dat de soort ontbreekt zonder te hebben getaped, kan niet.
De duinwateren zijn relatief voedselarm, het zou voor Waterral wel wat voedselrijker mogen. Ook in de natte tijden was de soort zeldzaam, volgens Verkerk (1969) was het een onregelmatige broedvogel,
jaarlijks 0-1 in de regio Egmond (NHD).
Bij de karteringen van het NHD bleek de soort vanaf 1993 jaarlijks aanwezig, met recent zelfs een tiental in de duinen van Wimmenum.
In 1993 was de soort gehoord in het infiltratiegebied Castricum, maar door slechts één waarnemer (Veenstra, 1994), terwijl er veel vogelaars komen.
In 1994 konden andere gewaarschuwde vogelaars het voorkomen van de soort bevestigen, dat jaar waren er zelfs twee.
In Wimmenum zijn de duinen lokaal sterk vernat, en sommige van die natte valleien zijn vroeger gebruikt als aardappellandje en toen sterk bemest.
Die voedselrijkere valleien bevallen de Waterrallen beter.
In het NPZK komt de soort voor in de rietzomen van Middenduin, bij het Vogelmeer (eutroof door Aalscholverkolonie) en de rietzoom van het Kennemerstrand.
In 2011 is door van der Goes & Groot geen enkele Waterral vastgesteld ook niet bij het geschikter geworden Kennemerstrand, onduidelijk is of goed getaped is.
Sovon merkt op dat de BMP-index daljaren vertoont na strenge winters die gevolgd worden door een droog voorjaar met lage waterstanden.
De laatste NPZK-kartering viel in dit opzicht minder goed, in 2011 moest de soort nog herstellen van een dal in 2010.
↑ 29/12/2015 ↑
↓ 4/3/2018 ↓
In 2017 zijn bij de vierde kartering van het NPZK drie roepende Waterrallen gehoord door medewerkers van SOVON, natuurlijk bij het Kennemermeer, maar dat was nog niet na de datumgrens.
En die datumgrenzen zijn zodanig gekozen, dat gepaarde vogels niet meer spontaan roepen na de datumgrens, alleen ongepaarde.
Met de ouderwetse "uitgebreide territoriumkartering" zou niet zijn volstaan met het lopen van rondjes en daarbij maar hopen dat ze nog eens van zich laten horen.
Het "uitgebreide" van de methode schrijft het uitlokken met geluid voor (tapen), tijdens speciale avondbezoeken direct na de datumgrens.
Met de komst van Avis hoeft dat tapen opeens niet meer?
Nee, nacht-actieve soorten tellen niet mee bij de beoordeling van de SNL-regelingen en daarom is onderzoek van nacht-actieve soorten minder belangrijk geworden voor beheerders.
Zie ook Moerasvogels
|