<-Bonte Vliegenvanger | Baardmannetje Panurus biarmicus | Staartmees-> |
![]() |
![]() |
![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||||
n=0 | n=2 | n=1 | n=0 | |||||||||||||||||||||||
Dichtheid
2016-17:
![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
![]() |
|||||||||||||||||||||||||
n: |
? |
n/100ha: |
? |
ha: |
? |
n: |
? |
n/100ha: |
? |
ha: |
? |
n: |
? |
n/100ha: |
? |
ha: |
? |
n: |
? |
n/100ha: |
? |
ha: |
? |
Nederlandse trend: SOVON BMP-index | Opmerkingen |
![]() |
In 2017 werd een jong Baardmannetje waargenomen bij het Kennemermeer, op dertien juni. Het lukte zelfs om het vogeltje voor de camera te krijgen, de foto prijkt trots op pagina 34 in het rapport van de onderzoekers, Slaterus en Klemann. Maar hun aantal voor 2017 luidt "nul". De BMP-criteria verlangen een waarneming tussen 1 april en 15 mei, alleen het eerste broedsel wordt geteld, dit om dubbeltellingen met tweede broedsels te voorkomen (net als bij bijv. Kievit). SOVON meldt dat het mannetje zorgt voor de uitgevlogen jongen van het eerste broedsel als die zijn uitgevlogen en dat het vrouwtje dan een tweede legsel begint. Is het dan logisch dat een jong een maand na het uitvliegen zich al vele kilometers buiten het broedgebied bevind? Enerzijds ja, het mannetje moet dan helpen met de jongen van het tweede legsel. Maar dat zou ook betekenen dat de jongen van het eerste legsel vanuit de Haarlemmermeer of een ander ver weg gelegen broedgebied in een weekje het Kennemermeer hebben gevonden. De huidige datumgrenzen van het BMP werken prima als filter waarmee in goed bezette gebieden dubbeltellingen worden vermeden, maar het spaarzame voorkomen van pioniers in nieuwe gebieden komt zo maar zelden in de boeken. Zie ook Moerasvogels |
Links | Baardmannetje © Rinus Dillerop |
|
![]() |
03-22-2018eco-on-site |
<-![]() |
![]() |