|
Bonte Vliegenvanger
Ficedula hypoleuca
is ingedeeld bij de schaarse soorten.
In 1988 werd voor het eerst een territorium gevonden, in 1993 waren er drie en in 2000 ook drie.
De landelijk trend was toen eigenlijk gedaald.
In 2000 leek het daarom verantwoord te veronderstellen dat de soort door het ouder worden van de duinbossen was toegenomen.
Vanaf 2000 is de landelijke trend sterk gestegen, de duinbossen zijn nog iets ouder geworden,
maar tegen de verwachtingen in is de Bonte Vliegenvanger helemaal niet toegenomen, integendeel, de soort heeft zich in de duinen niet meer laten horen.
Het is bekend dat deze soort een oostelijke trekbaan heeft, mogelijk krijgen de duinen alleen bezoek als tijdens de trek de oostenwinden overheersen.
Helaas is het achterhalen van de overwegende windrichtingen lastig;
het zou wel eens kunnen opgaan, want een andere soort met een oostelijk gelegen trekbaan, Fluiter, was ook het talrijkst in de jaren met Bonte Vliegenvangers.
Verder zijn dit jaren met veel waarnemingen van Roodpootvalk, die hier alleen terecht komt na perioden met oostelijke winden.
Zie ook Oud bos
|